Geen eenzijdig beeld, maar een kaleidoscopisch perspectief, ook vanuit de Bandanezen. Dat is wat het Westfries Museum wil laten zien met de nieuwe online tentoonstelling ‘Pala – Nutmeg Tales of Banda’. Morgen is de aftrap, op de dag dat 400 jaar geleden de genocide door Jan Pieterszoon Coen plaatsvond waarbij vijftienduizend Bandanezen omkwamen.
Zo veelzijdig als de expositie, is ook de speciaal bijeengekomen redactieraad die ‘Pala’ vorm heeft gegeven. Activisten, academici en de Molukse gemeenschap hebben de handen ineen geslagen en samen met het Westfries Museum de inhoud van de tentoonstelling vorm gegeven. “Er zijn vlogs van Banda, Nederlandse kenners, archeologen maar ook historici die in Amerika zitten; iedereen heeft een bijdrage kunnen leveren”, vertelt historicus Tristan Mostert die deel uitmaakt van de redactieraad.
Verbonden aan de Universiteit van Leiden schrijft hij zijn proefschrift over de specerijenoorlogen. “Mensen kennen zo langzamerhand wel het verhaal van Banda uit 1621, wat bijna een symbool geworden is voor wat er mis is met het vroegere kolonialisme van Nederland.”
In het kielzog van de demonstraties vorig jaar over het standbeeld van Jan Pieterszoon Coen, kwam de redactieraad voor het eerst bijeen. Mostert: “Hoe maak je dit nou begrijpelijk en betekenisvol?”, was al snel de centrale vraag. “Heel veel mennen kennen als het ware het korte cliché verhaal erover, van ’toen kwamen de Nederlanders, maakten veertienduizend mensen dood en hadden zij de monopolie op nootmuskaat’. Maar wat wij vooral wilden doen, is laten zien hoe dat verhaal in een bredere context past.”
‘Pala’ laat met vlogs, longreads en interviews het verhaal van vele kanten zien, waaronder vanuit de Bandanese afstammelingen zelf. Want volgens museumdirecteur Ad Geerdink, werd er een té eenzijdig beeld gegeven. “We hadden er als Nederland niet echt belang bij dit verhaal te vertellen. Zeker niet zolang Indië een kolonie van Nederland was. Het is heel lang als een soort exces gepresenteerd en dat was het niet.”
Verdieping
Verdieping geven in de geschiedenis, is ook wat redactielid Rochelle van Maanen beoogt. Zelf van Indonesische afkomst heeft het meewerken aan de expositie tot nieuwe ideeën geleidt. “Het heeft mijzelf een breder bewustzijn gebracht dat je de geschiedenis meerstemmig moet benaderen.”
Betrokken bij Dekolonisatie Netwerk voormalig Nederlands Indië, was ze mede-organisator van de demonstratie afgelopen jaar. “Kort daarna werden we benaderd door het museum om samen te werken. Dat vind ik heel mooi dat het zo liep, en in alle eerlijkheid was ik best verbaasd. Heel vaak is er een beeld over activisten dat we niet benaderbaar zijn. Dat we bij de expositie zijn betrokken, is een mooie ontwikkeling.”
Zelf schreef ze mee aan een stuk over de exploitatie op Banda, wat weergeeft wat er gebeurde onder het systeem van de VOC. Van Maanen: “De oorspronkelijke bewoners zijn vermoord of weggevlucht, daar in de plaats kwamen ‘perkeniers’. Oftewel, plantagehouders die uiteindelijk ook vastzaten in het koloniale systeem en onderdrukt werden.”
Levende geschiedenis
Iedere jaar vindt er op Banda Neira een herdenking plaats van de verschrikkingen van toen. Want de afstammelingen zijn er nog steeds. Van Maanen: “Er is niet een hele bevolking uitgestorven toen, zij zijn er nog. En ook de afstammelingen wonen en leven hier en zijn uiteindelijk Nederlander geworden. Het is goed om te zien dat Banda niet alleen slachtoffer is gemaakt, maar dat er zoveel meer is aan de cultuur en de geschiedenis dan alleen het slachtoffer zijn.”
De online tentoonstelling verschijnt in het Nederlands en Engels zodat het wereldwijd bekeken kan worden. Ook de komende jaren zal de expositie blijven groeien en aangevuld worden met verhalen. De tentoonstelling is vanaf morgen te bezoeken via de website.