Voor het eerst dit jaar zetten de bezoekers van het Westfries Museum weer een stap over de drempel. Vandaag opent het museum haar deuren met de nieuwe tentoonstelling ‘Ambacht aan de wand, de betovering van beschilderd behang’. En hoewel de blijdschap overheerst, is er opnieuw een sluiting in het vooruitzicht. De gemeenteraad moet een belangrijke beslissing nemen over de ingrijpende miljoenenverbouwing van het museum.

Door de coronapandemie is het museum sinds half december dicht geweest. Nu mogen er tien personen per kwartier – met reservering – naar binnen. Oftewel, zo’n 140 bezoekers per dag van ‘normaal’ een ruime tweehonderd bezoekers. 

Het is een lastige tijd geweest, die het museum niet onbenut gelaten heeft. Nieuwe tentoonstellingen en educatieprogramma’s voor scholen liggen op de plank.”Never waste a good crisis. We hebben de coronapandemie goed benut”, volgens museumdirecteur Ad Geerdink.

Blijdschap overheerst dat de bezoekers er weer zijn, maar een nieuwe sluiting is op komst. Het museum gaat uitbreiden naar het naastgelegen pand en de verbouwing gaat hoe dan ook miljoenen kosten. Al sinds 2012 is bekend dat de fundering van het museum moet worden vernieuwd en verzakt is. Ook de klimaatinstallaties staan al enkele jaren op de nominatie om vervangen te worden. Het eerste ontwerpplan bleek te optimistisch, waarna een versoberd plan gemaakt werd.

Nu liggen er vier scenario’s op tafel waar de gemeenteraad op 15 juni een beslissing over neemt. En daar is de nodige haast bij: want om de beschikbare subsidies in te zetten – 2,1 miljoen euro vanuit het Rijk en 3 ton van de provincie – moet er dit jaar gestart worden met het herstel. 

Expositieruimte in de kelder

Noodzakelijk is het herstel van de fundering en het verbeteren van de verduurzaming dat op conto is van de gemeente die verantwoordelijk is voor het monumentale pand. Maar als de raad kiest om alleen een pleister op de wond te plakken, blijven er een hoop kansen liggen. “Als er voor de soberste variant gekozen wordt, krijgen we een expositieruimte op de eerste verdieping die minder mogelijkheden heeft dan de ruimte die we nu hebben”, vertelt Geerdink.

Ook dan gaat het om een verbouwing die miljoenen kost, waarbij het museum geheel dicht moet. Geerdink: “Voor ons voelt dat heel dubbel. Dat je miljoenen gaat investeren in de restauratie van de panden. Maar dat het museum er eigenlijk een slechtere tentoonstellingsruimte aan over houdt dan er nu is.” De voorkeur van het museum gaat uit naar de bouw van kelders onder de gebouwen om daar de expositieruimte te maken. 

Omdat de gemeente Hoorn kampt met financiële problemen, is het onzeker of er ingrijpend verbouwd gaat worden of dat er enkel noodzakelijk funderingsherstel en verduurzaming van de panden plaatsvindt. Geerdink: “Het museum is bereid om extra geld uit het legaat in het project te steken, als dat leidt tot de keuze van de variant mét een goede expositieruimte.” Het museum wil graag groeien en ‘een nieuw Westfries Museum neerzetten door een jonger en diverser publiek aan te spreken’. 

Pop-up museum 

Als de verbouwing eenmaal van start gaat, moet het museum geheel dicht, omdat alle vloeren eruit moeten. Het idee van een tijdelijk pop-up museum is al in de maak: de bedoeling is dat in het monumentale pand de Statenpoort aan de Nieuwstraat, een tentoonstelling wordt opgetuigd. “Daar hangt een levensgroot werk van de Slag op de Zuiderzee, we zijn van plan om daar een tentoonstelling bij te maken in aanloop van 2023, dan is de Slag 450 jaar geleden.”

Ambacht aan de wand

Maar voor het zover is, opent het museum vandaag met trots de tentoonstelling ‘Ambacht aan de wand’, met meer dan honderd werken van monumentaal, handbeschilderde behangsels uit de achttiende en negentiende eeuw. Ook is het hedendaagse werk van Snijders&Co te zien die het ambacht van behang schilderen nieuw leven in heeft geblazen. “Het behang schilderen is zo’n vijftig jaar mode geweest tot de komst van de Industriële Revolutie. Het leuke is dat dat ambacht weer nieuw leven in geblazen wordt”, vertelt Ad Geerdink.

De tentoonstelling laat een uniek stuk Hoornse geschiedenis zien, want de werken zijn afkomstig van de Hoornse behangselfabriek de Vaderlandsche Maatschappij. Deze Hoornse onderneming ging met de productie van handbeschilderd behang de economische crisis vanaf 1777 te lijf. De tentoonstelling is tot 12 september te bezoeken.