Een niet alledaags tafereel bij de Sint-Victorkerk in Obdam. De kerktoren werd gebruikt om vanaf 32 meter hoog naar beneden te abseilen. Bert Glorie, die vanaf zijn geboorte blind is en pastoor is van de kerk, was één van de waaghalzen. “Wauw, dit was echt iets bijzonders.”
De ludieke actie werd vorig jaar door de parochie Sint Victor aangeboden op een veiling in het West-Friese dorp, waarmee geld wordt opgehaald voor lokale verenigingen. Maar liefst 50 dorpsbewoners toonden interesse, wat samen een bedrag van zo’n 10.000 euro opleverde. Ook pastoor Bert Glorie (62), die vanaf zijn geboorte blind is, ging op uitnodiging de uitdaging aan.
“Dit staat niet op mijn bucketlist”, grapt Glorie wanneer hem wordt gevraagd waarom hij vandaag meedoet. “Dit wil ik weleens ervaren. Ik werk hier al tien jaar, maar eigenlijk weet ik niet hoe hoog de kerktoren is. Ik vind het leuk dat ik nu op deze manier een idee krijg van de hoogte.”
Door zijn zus, die ook blind geboren is, is hij al gerustgesteld. “Zij heeft het al eens gedaan en zei dat het goed te doen is, dus daar vertrouw ik op.” Hoogtevrees kent hij niet. “Dat zit tussen je oren.”
Tekst gaat verder onder de foto.

Vol goede moed wordt hij naar de kerktoren begeleid, maar eenmaal bovenaan begint de spanning toch iets toe te nemen. Vooral als de pastoor zich langzaam laat zakken, maar snel daarna geniet hij zichtbaar.
Na enkele minuten staat hij alweer stevig op de grond. Er volgt een applaus vanuit het publiek. “Wauw, dit was echt iets bijzonders,” zegt hij als eerste zodra hij veilig is geland. Hij kijkt de instructeur aan en zegt: “Bedankt.”
Geen tweede keer
Wanneer hij weer op adem is en lacht, begint hij te vertellen over wat hij heeft meegemaakt. “Ik vond het best wel eng. Zit ik wel stevig vast, of stort ik naar beneden? Pas als je weer veilig op de grond staat, dringt het echt tot je door hoe hoog je was.”
Toch heeft hij geen spijt dat hij heeft meegedaan. “Het was een bijzondere ervaring.” Of het voor herhaling vatbaar is? Nee, concludeert Glorie. “Eén keer is wel genoeg.”