Herinneringen zijn als schatten – onverwacht vond ik er een in een nostalgische Facebookgroep. Daar kwam ik een oude jeugdvriend tegen. Het voelde alsof ik een stukje van mijn verleden terugvond: een magisch moment, even tastbaar als een gevangen beeld in een fotoalbum. 

Hij was de zoon van de plaatselijke bloemist. Een jongen met iets bijzonders, al kon ik als kind niet precies benoemen wat dat was. Zijn achtertuin veranderde in december in een sprookjesbos van kerstbomen. Voor ons kinderen werd dat een wereld vol avontuur. We verstopten ons tussen de sparren, bouwden hutten van takken en speelden dat we ontdekkingsreizigers waren in een geheimzinnig woud. De geur van hars en dennen hing in de lucht, doordrenkt met de belofte van feestdagen. 

Kerstbomen zijn niet zomaar bomen; ze dragen een soort magie in zich. Ze zijn lichtbrengers in de donkerste tijd van het jaar, symbolen van samenzijn en warmte. 

Toen ik mijn jeugdvriend terugvond, besefte ik dat ik hem zeker vijftig jaar niet had gezien of gesproken. Onze uitwisseling was kort, vluchtig zelfs, maar desalniettemin waardevol. Ik zocht oude foto’s die stof hadden verzameld in een vergeten doos. Ik stelde me voor hoe het zou zijn om hem opnieuw te zien, om het verleden samen tot leven te wekken. Maar nog voordat ik contact opnam, kwam het nieuws: hij was overleden.

Een schok. Vijftig jaar is een lange tijd, en toch voelde het verlies intens. Niet het soort rouw dat je voelt bij een naaste, maar een subtiele, melancholische pijn. Het besef dat er een deur voorgoed is dichtgegaan. Wat ik rouwde, was niet alleen hém, maar ook de verloren mogelijkheid om even terug te keren naar wie ik toen was. Gekoesterde momenten en realiteit kruisten elkaar en in die botsing vond ik zowel schoonheid als verdriet.

Momenten uit het verleden zijn vaak mooier dan de werkelijkheid ooit was. Misschien is dat hun kracht, maar ook hun valstrik. Terwijl ik nadacht over mijn jeugdvriend, bleef het beeld van de tuin vol kerstbomen me bij. Het roept een vraag op: waarom raken we zo gehecht aan nostalgie, vooral rond Kerstmis? Misschien omdat Kerstmis bij uitstek een tijd is waarin ons geheugen houvast zoekt. De geur van een kerstboom, het flikkeren van kaarslicht, de klanken van oude liedjes – het zijn ankers in een stroom van tijd die ongenadig vooruit blijft bewegen. 

Maar hier past ook een waarschuwing. Nostalgie mag een plek zijn om even te schuilen, maar het moet geen huis worden waarin we blijven wonen. De betovering van die kerstbomen uit mijn jeugd is niet alleen een herinnering, maar ook een uitnodiging. Niet om vast te blijven zitten in wat was, maar om eenzelfde betovering te vinden in het nu.

Afgelopen week stond ik in een tuincentrum en keek naar een gezin met jonge kinderen. Hun gezichten straalden bij de aanblik van de verlichte kerstbomen. Het moment deed me denken aan mijn eigen jeugd, maar ook aan wat nú is: een kans om de bijzondere sfeer van Kerstmis opnieuw te beleven, zelfs in de kleinste alledaagse momenten. 

Mijn jeugdvriend is er niet meer, maar hij laat me iets belangrijks na. Het besef dat het leven niet alleen draait om het verzamelen van mooie momenten, maar om het maken van nieuwe. Zelfs als we weten dat die nieuwe belevenissen ooit zullen vervagen. En terwijl ik naar de kinderen keek, zag ik hoe zij licht brachten in hun moment – nostalgie in wording.

Misschien is dat wel de essentie van Kerstmis: het licht vinden in het nu, wetend dat het ooit een sprankelende herinnering zal worden. Ik hoop dat uw dagen gevuld zijn met licht, warmte en momenten om te koesteren.

Mooie dagen gewenst.