In de historische binnenstad van Hoorn valt een stilte: Uptown Records sluit na zeven jaar haar deuren. Wat ooit een bruisende ontmoetingsplek was voor muziekliefhebbers, een schatkamer vol oude en nieuwe klanken, verdwijnt uit het straatbeeld. Geen grote winkelketen. Geen filiaal van een internationale speler. Maar wél een lokaal icoon. En dat maakt deze sluiting des te schrijnender.

Uptown Records is niet zomaar een platenzaak. Een vergelijking met V&D, Blokker of Free Record Shop dient zich aan. Allen meer dan gewone winkels. Ze waren symbolen van een tijdperk. Plekken waar je niet alleen iets kocht, maar ook iets beleefde. Hun verdwijning is een teken aan de wand en belooft weinig goeds voor de toekomst van de binnenstad. Steeds meer karakter verdwijnt, terwijl eenheidsworst de boventoon voert.

Elke stad heeft plekken die meer vertegenwoordigen dan een commerciële onderneming. Platenzaken, boekhandels en cafés zijn ankerpunten in de samenleving. Ze brengen mensen samen, geven kleur aan een wijk en zorgen voor een herkenbare, lokale identiteit. Toch verdwijnen ze in hoog tempo. Leegstand, online alternatieven en ketens met een standaard assortiment nemen hun plaats in.

De opkomst van e-commerce en de digitalisering van muziek en boeken spelen daarbij een grote rol. Streamingdiensten hebben een eindeloos aanbod. Webshops leveren binnen 24 uur alles wat je zoekt. Efficiënt en gemakkelijk. Maar tegen welke prijs? De fysieke ervaring van bladeren door bakken met vinyl, het spontane gesprek met de verkoper, het ontdekken van een verborgen parel; dat verdwijnt. Algoritmes dicteren steeds vaker wat we luisteren en kopen.

Daarnaast maken stijgende huurprijzen en gemeentelijk beleid het steeds moeilijker voor kleinschalige ondernemers. Waar vroeger zelfstandige speciaalzaken zaten, komen nu horecaformules en conceptstores die in elke stad hetzelfde ogen. Het straatbeeld verarmt. Niet alleen in Hoorn, maar in heel Nederland.

De sluiting van Uptown Records staat niet op zichzelf. Het is onderdeel van een bredere trend van culturele verschraling. Onafhankelijke bioscopen en filmhuizen moeten opboksen tegen streamingplatforms. Kleine musea zonder subsidie hebben het zwaar. Poppodia worstelen met hoge kosten en teruglopende subsidies.

In de recent vastgestelde Cultuurnota 2025-2032 van de gemeente Hoorn staat dat cultuur toegankelijker moet worden. Jongeren moeten meer ruimte krijgen en kunst moet ‘om de hoek’ te vinden zijn. Maar hoe past dat bij een realiteit waarin kleinschalige culturele ondernemingen verdwijnen? Wat blijft er over van die ambitie als juist de plekken waar cultuur spontaan ontstaat – zoals platenzaken – verdwijnen?

Ook op nationaal niveau is dit spanningsveld zichtbaar. De overheid erkent de waarde van cultuur. Maar marktwerking en digitalisering maken het moeilijk om het klimaat leefbaar te houden voor culturele ondernemers. Gemeenten willen de aantrekkelijkheid van binnensteden vergroten. Maar de culturele waarde zit niet alleen in gesubsidieerde instellingen. Die leeft op straat, in kleine zaakjes en in spontane ontmoetingen.

Maar de verantwoordelijkheid ligt niet alleen bij de politiek. Wij, inwoners van Hoorn en andere steden, hebben een bepalende invloed. We kunnen lokale ondernemers steunen. We kunnen kleine winkels en culturele initiatieven bezoeken. We kunnen bewust kiezen voor plekken die onze stad levendig houden. Want als we dat niet doen, verdwijnen ze voorgoed.

Misschien kunnen we de groei van streamingdiensten en webshops niet stoppen. Maar we kunnen wél kiezen hoe we onze stad willen beleven. Het begint met kleine acties. Een plaat kopen bij een lokale zaak in plaats van online. Geen boeken downloaden, maar een boekhandel binnenlopen. Een concertkaartje kopen voor een lokale band in plaats van enkel te streamen.

Uptown Records sluit haar deuren. Maar dat hoeft niet het einde te zijn van een stad met karakter. Laten we de geest van Uptown levend houden. Door te investeren in de plekken die Hoorn tot Hoorn maken. Alleen dan blijft onze stad meer dan een verzameling winkels.