Het college heeft de nota Regionale Detailhandelsvisie Westfriesland 2024 gepresenteerd. In een tijd waarin het koopgedrag van consumenten en de detailhandelssector sterk veranderen en steeds meer een regionale oriëntatie aannemen, onderzoeken de West-Friese gemeenten hoe zij de toekomst van winkelgebieden in de regio kunnen waarborgen. Het doel is om deze gebieden te versterken en hun veerkracht te vergroten, in lijn met de opdracht van het provinciaal bestuur.

Kritiek en zorgen vanuit de gemeenteraad

Erik de Groot (PvdA) mist een duidelijke visie in het voorstel. Marieke Rijk (Fractie Tonnaer) vindt dat er wel een visie is, maar vraagt zich af wie erop toeziet dat deze daadwerkelijk wordt uitgevoerd. Concrete acties zijn nodig in plaats van erover blijven praten, stelt Renzo van Houten (Hart van Hoorn). Verschillende fracties uiten zorgen over wat de gemeente precies doet om de plannen te stimuleren en faciliteren. Rob Droste (VVD) bekritiseert overheidsbemoeienis met de handel en zegt benieuwd te zijn naar een vervolg dat niet te sterk ingrijpt in de vrije markt.

Regionale samenwerking en aandacht voor lokale belangen

Wethouder Arthur Helling benadrukt dat het vooral een regionale nota is die bedoeld is om de ontwikkelingen in kaart te brengen en op elkaar af te stemmen. Het stimuleren van lokale producten moet volgens hem niet ten koste gaan van de reguliere detailhandel. Leegstand in lokale winkels beschouwt hij echter niet als een regionale kwestie.

Leefbaarheid en toekomstgericht beleid

Er wordt gezocht naar nieuwe winkelformules die goed aansluiten bij de behoeften van de regio. Het doel is om de dorpen en woonkernen leefbaar te houden en de winkelcentra te benutten voor de hoofdstructuur van het winkelaanbod. De Westfriese gemeenten blijven elkaar kritisch volgen op dit gebied.