De gemeente Hoorn ontkent dat er 36 rapporten over bodemvervuiling bij het stationsgebied achtergehouden zijn voor de raad. Dat verwijten zeven Hoornse fracties het college. Uit een WOB-verzoek van inwoners bleek dat die rapporten er gewoon waren, maar daarover zeggen de raadsleden nooit te zijn geïnformeerd.
De fracties stelden vorig jaar in aanloop naar het besluit over een mogelijk nieuw stadhuis vragen over de vervuilde bodem in het gebied. Volgens de raadsleden werd toen door het college gezegd dat er geen onderzoek kon worden gedaan omdat het te kostbaar zou zijn. De irritatie was groot toen er uit het WOB-verzoek van inwoners bleek, dat er wel degelijk rapporten liggen. En dus werd er om opheldering gevraagd in raadsvragen waarom de gemeente deze onderzoeken heeft achtergehouden.
Dat verwijt was weer tegen het zere been van het college. In de beantwoording spreken ze de vragers aan op hun toon: “Ogenschijnlijk velt u al een oordeel voordat u de feiten en antwoorden kent. Wij willen onze zorg met u delen dat er door deze wijze van vraagstelling onjuiste beelden kunnen worden gevormd. Beelden die niet alleen het college en de organisatie, maar ook het gemeentebestuur als geheel schaden.” Want volgens de gemeente klopt er niks van de beschuldigingen.
De rapporten zijn volgens het college gewoon beschikbaar, alleen is er door de raadsleden nooit expliciet om gevraagd. Die vroegen om de kosten voor bodemsanering van de grond bij het nieuw te bouwen stadhuis en niet om de bodemrapporten van het stadsvernieuwingsproject de Poort van Hoorn. “Dat er bodemonderzoeken zijn gedaan is geen geheim. De kosten voor aanvullende bodemonderzoeken en mogelijke bodemsaneringen zijn ook opgenomen in de business case voor de Poort van Hoorn.”
Simpel
“Als het antwoord zo simpel is, hoe kan het dan dat de meerderheid van de raad de rapporten niet gezien heeft?,” vraagt PvdA-fractievoorzitter Arnold Wegner, mede-indiener van de vragen, zich af. “Dit antwoord had toen gegeven moeten worden, maar roept nu alleen maar meer vragen op.”
De reden dat de kosten voor de sanering niet bij de stadhuisplannen meespeelde maar toebehoren bij het plan van de Poort van Hoorn, vindt Wegner te kort door de bocht. “Het maakt uiteindelijk niet uit of het meegenomen wordt in de ontwikkeling van Poort van Hoorn of van het stadhuis. Uiteindelijk moet het betaald worden en zal het de gemeente Hoorn zijn die de portemonnee moet trekken en zijn het de belastingbetalers die daarvoor opdraaien.”
Onderzoek
De raadsfracties wilden ook weten in welke mate de onderzoeksrapporten invloed hebben gehad op de keuze om de parkeergarage en de traverse over het spoor, bovengronds te bouwen in plaats van (deels) ondergronds. Maar dat heeft volgens gemeente Hoorn ‘op geen enkele manier’ een rol gespeeld. “De aanwezige vervuilingen vormen geen belemmeringen voor het realiseren van een ondergrondse garage. Wél relevant zijn de grondsamenstelling, de bodemgesteldheid en aanwezigheid van kabels en leidingen.”
De raad kan de bodemonderzoeksrapporten binnenkort alsnog inzien. Na de zomer komt de gemeente met de uitkomsten van het nog lopende onderzoek. Daaruit moet blijken of een groter deel van de parkeerplaatsen ondergronds kan worden gebouwd.