Bij de Slag op de Zuiderzee wordt vaak gedacht aan Hoorn en Enkhuizen, en worden de kleinere dorpen en gemeenten vaak vergeten. Terwijl ook zij hebben geleden onder de oorlog. “Er werd geplunderd, brand gesticht en verkracht op het platteland”, vertelt de West-Friese archeoloog Michiel Bartels. Daarom laat Koggenland aan haar inwoners gezien wat de slag voor hun gemeente heeft betekend.

Op 11 oktober 1573 vond de Slag op de Zuiderzee plaats. Nu 450 jaar later wordt er ook in Koggenland door middel van een tentoonstelling aandacht gevraagd voor dit stukje geschiedenis. “Veel mensen zijn zich niet bewust dat dit het begin van huidige Nederland was”, aldus Bartels.

De tekst gaat verder.

“De Slag op de Zuiderzee is een omwenteling geweest in de geschiedenis. Het is mooi om te laten zien wat dit specifiek betekende voor de inwoners van Koggenland toentertijd”, zegt organisator Joshua IJzer.

Maandag is deze in het gemeentehuis van Koggenland geopend. Ook wethouder Marian van Kampen was hierbij aanwezig. “Het is unieke situatie dat de tentoonstelling nu ook in Koggenland is en als gemeente zijn we daar heel erg trots op”, vertelt een trotse Van Kampen.

Leuk als het terugkerende viering wordt

Omdat de Slag van de Zuiderzee vorig jaar 450 jaar geleden was, vierde West-Friesland dit groots. “Het zou leuk zijn als het een terugkerende viering is, zoals het Leidse Ontzet of de viering in Alkmaar”, vertelt Bartels tijdens zijn lezing voorafgaand aan de opening.

De tentoonstelling over De Slag op de Zuiderzee loopt tot en met maandag 3 juni. De expositie is in bruikleen van de Vereniging Oud Hoorn.