Het Olympisch succes van de 3×3 basketballers zorgt ook in Hoorn voor veel enthousiasme. Onder grote belangstelling komt Dimeo van der Horst sporthal Vredehof in Hoorn binnen. Zo’n 80 kinderen zijn gekomen voor een clinic 3×3 basketbal van de kersverse Olympisch kampioen. “Ik denk dat we de jeugd moeten blijven aansporen om te spelen. En dat we op die manier kunnen zorgen dat Nederland aan de top blijft.”

“Ik vind zulke clinics altijd leuk om te geven”, vertelt Van der Horst, die ook zijn gouden medaille heeft meegebracht. “Het doel is natuurlijk enthousiasmeren. Maar ook om de deelnemers wat te leren wat ze mee kunnen nemen naar bijvoorbeeld hun club.”

De tekst gaat verder.

De Hoornse wethouder Dick Bennis is erg blij met de komst van de professionele basketballer. “We vonden dit een heel mooi moment om de sport een boost te geven”, legt hij uit. “Dat pakt volgens mij goed uit. Alleen al kijkend naar de opkomst en de hoeveelheid foto’s die Dimeo maakt met de aanwezige fans.”

“Wil ook wel weer basketballen”

“Ik speelde zelf vroeger ook basketbal, maar ben gestopt”, zegt een deelnemer. “Maar dat was vijf tegen vijf. Vandaag speel ik voor het eerst 3×3 (drie tegen drie) en dat bevalt me heel goed. Nu wil ik ook wel weer op basketbal.”

Wat is dan het grote verschil tussen de twee vormen van het spel? Daar heeft diezelfde jonge basketballer wel een antwoord op: “Je krijgt veel vaker de bal, hierdoor vind ik het een stuk leuker”, zegt hij. “Je bent ook heel hecht met je teamgenoten, omdat je in een kleiner team zit. Het worden echt goede vrienden van je”, voegt Van der Horst hier aan toe.

Olympisch goud

“De Olympische Spelen waren natuurlijk geweldig”, aldus Van der Horst over de winst van zijn ploeg in Parijs. “Vroeger durfde ik niet eens te dromen van de Spelen. Gewoon omdat Nederland überhaupt nooit meedeed. Dat ik hier dan nu met die gouden medaille sta, voelt een beetje onwerkelijk.”

De kampioen denkt dat er een mooie toekomst aan zit te komen. “We hebben laten zien aan de jonge spelers dat hun droom werkelijkheid kan worden. Ik denk dat we ze moeten blijven aansporen om te spelen en dat we op die manier kunnen zorgen dat Nederland aan de top blijft.”