Terwijl vrijwel alle gemeenten in Noord-Holland achterlopen op hun verplichtingen voor de Spreidingswet, is Opmeer een opvallende uitzondering. Als enige gemeente in West-Friesland heeft Opmeer niet alleen op tijd voldoende opvangplekken voor asielzoekers geregeld, maar zelfs méér dan wettelijk vereist.
Dat dit in Opmeer wel is gelukt, komt volgens wethouder Robert Tesselaar door vroegtijdig vastleggen van de randvoorwaarden. “Daar waren de gemeenteraadraad en college het snel over eens. Het is direct meegenomen in de beginfase van de gesprekken met het COA”, legt Tesselaar in zijn reactie uit.
De deadline van de Spreidingswet ligt op 1 juli. Deze week kwam uit onderzoek van de NOS, Nieuwsuur en mediapartner NH Nieuws naar voren dat driekwart van de Noord-Hollandse gemeenten die deadline niet haalt. In West-Friesland is Opmeer zelfs de enige gemeente die wél voldoet.
COA betaalt mee aan opvang in Opmeer
Naast het raadsbesluit was Opmeer al in gesprek over noodopvang van zes maanden, en heeft daarin kunnen doorpakken naar een meer permanente opvang van vijf jaar. Bij het bepalen van de kaders heeft Opmeer rekening gehouden met duurzame oplossingen voor de gemeente.
“Zoals het behoud van een stroomvoorziening en aanleg van een weg voor een nieuw bedrijventerrein”, noemt Tesselaar. “En de realisatie van een brug om deze nieuwe weg aan te laten sluiten op het bestaande bedrijventerrein”, vult hij aan.
Het ministerie van Asiel en Migratie heeft de gemeente Opmeer opgelegd om 125 plekken te regelen, een aantal waar de gemeente inmiddels zelfs boven zit. Volgens Tesselaar heeft dat zowel een praktisch als een financieel component. Het COA neemt verschillende taken op zich, en staat Opmeer financieel bij. Om die reden is in overleg besloten om over te gaan tot het opvangen van meer asielzoekers.
Tekst gaat verder onder de infographic.
Spreidingswet voor West-Friese gemeenten
De Spreidingswet bepaalt dat West-Friesland in totaal 1.283 asielzoekers moet opvangen. De wet houdt bij het verdelen van opvangplekken voor asielzoekers rekening met de sociaal-economische positie. Gemeenten met meer financiële middelen, betere voorzieningen en voldoende ruimte krijgen daardoor een zwaardere taak toebedeeld.
In de andere West-Friese gemeenten kan pas vanaf volgend jaar worden voldaan aan de eisen. Enkhuizen, Drechterland, Stede Broec en Medemblik hebben wel concrete opvanglocaties aangewezen, maar die openen pas in de loop van 2026. Hoorn en Koggenland bevinden zich nog in de onderzoeksfase naar geschikte locaties.
Gemeenten noemen ruimtegebrek en woningnood als voornaamste redenen voor de vertraging. Een andere veelgenoemde reden waarom gemeenten de deadline van 1 juli niet halen, is de trage besluitvorming en strenge eisen van het COA. Bij nieuwe opvangplekken moet het COA vaak nog zelf bouwen of verbouwen, wat tijd kost. Daarnaast moeten besluiten worden afgestemd met het ministerie van Asiel en Migratie, wat het proces verder vertraagt.
Verdeelsleutel in West-Friesland namens het ministerie van Asiel en Migratie
Gemeente | Aantal asielzoekers |
Enkhuizen | 97 |
Drechterland | 125 |
Opmeer | 125 |
Medemblik | 263 |
Hoorn | 399 |
Koggenland | 149 |
Stede Broec | 125 |
Totaal | 1283 |