Na circa 300 jaar zijn de ‘Hoornse zwerfkeien’ weer thuis in Drenthe. Een vrachtwagen vol met de reusachtige stenen is gisteren aangekomen in het Hunebedcentrum in Drenthe. “De stenen hebben een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van Nederland, dat verhaal willen we graag vertellen”, zegt een archeoloog van het Hunebedcentrum.

Het idee om de keien weer terug te brengen naar Drenthe komt van raadsleden Chris de Meij van Hart van Hoorn en Arnold Wegner van de PvdA in Hoorn. Het dozijn stenen werden ooit gekocht voor de aanleg van de zeedijk in Hoorn, maar zijn sinds de dijkversterking tussen Hoorn en Amsterdam overbodig.

Sindsdien werden de keien op het stadsstrand van Hoorn gebruikt als parkeerafzetting. Voor de twee raadsleden een doorn in het oog. 

“Ooit zijn ze met de ijstijd hier naartoe gekomen, toen gingen ze naar Hoorn en nu komen ze eindelijk weer thuis”

Karla de Roest, archeoloog

De Meij: “Wij wilden heel graag dat een aantal stenen weer een waardevolle en eervolle plek krijgen. Toen hadden we het idee om in Hoorn een hunebed te realiseren, maar dat ging misschien wat ver.”

Daarna kwam het idee om een aantal stenen terug te geven. “Ze hebben een belangrijke waarde en op deze manier bedanken we de mensen in Drenthe voor het feit dat we deze stenen mochten gebruiken voor onze veiligheid”, aldus De Meij. 

Vraatzucht van de paalworm

De komst van de grote zwerfkeien naar Hoorn was te danken aan de vraatzucht van de paalworm. Dit beestje werd via VOC-schepen naar Nederland gebracht en richtte flinke schade aan. De houten dijken werden namelijk door de wormen aangevreten. In de achttiende eeuw besloot men daarom om scheepsladingen Drentse keien aan te schaffen en naar Hoorn te vervoeren om er stevige dijken van te bouwen.

En dat verhaal wordt vanaf 6 mei verteld in het Hunebedcentrum in Drenthe. Daar zijn ze erg enthousiast over de terugkomst van de stenen. “Ooit zijn ze met de ijstijd hier naartoe gekomen, toen gingen ze naar Hoorn en nu komen ze eindelijk weer thuis”, vertelt archeoloog Karla de Roest.

De stenen liggen nu in de oertuin bij het picknickveld van het Hunebedcentrum. “En waar we liever niet hebben dat mensen op de hunebedden klimmen, mogen ze wel op deze stenen gaan zitten.”

Ook zwerfstenenkenner Harry Huisman is erg enthousiast. “Deze stenen zijn de krenten in het brood”, zegt hij. “In het Hondsruggebied kom je vooral stenen tegen uit het noorden van Scandinavië. Maar we hebben er hier nu één liggen die uit Lapland komt. Een sorselegraniet, en die zijn heel zeldzaam. Dat is echt bijzonder.”