Staatshoofden plegen nog wel eens een kersttoespraak te houden. Televisieboodschappen in een sfeervolle en niet overdreven kerstomgeving. En zij, van wie dit elk jaar verwacht wordt, zullen elk jaar weer moeten worstelen met de opgave om precies dezelfde boodschap met steeds weer andere woorden te herhalen. Wat een bof wanneer er zich in dat jaar een enorm tot de verbeelding spelende ramp heeft voorgedaan. Wat kan dat prachtig een plek krijgen in de toespraak!
Burgemeesters doen hun toespraken met mooie wensen vanaf 1 januari tijdens een nieuwjaarsreceptie en ook voor hen geldt dat er in de toespraak enkele gemeenschapszinversterkende opmerkingen worden geplaatst. In Hoorn werd dat in de jaren dat ik dat een beetje gevolgd op verschillende op de burgemeester van dienst manieren gedaan. Er is een burgemeester geweest die me voor de uitdaging stelde om de lengte van de toespraak nu eens niet te vergelijken met die van het vorige jaar. Burgemeesters houden doorgaans geen kersttoespraken.
In alle nog in gebruik zijnde kerken en in daartoe omgetoverde zalen zijn onze pastores en dominees elk jaar met het aloude verhaal bezig en zij weten daar elk jaar een accentje uit te vissen om ter lering een vrome en wijze les te geven om het christelijke gedrag volgens de regelen der kunst te vormen. Cabaretiers kiezen niet zozeer het kerstfeest als goed moment om ter lering én vermaak de toehoorders scherp te krijgen over hoe tegen misstanden aan te kijken. Zij kiezen in navolging van Wim Kan voor de jaarwisseling of een moment kort daarna om niet het gevaar te lopen op dezelfde avond in de uitzending te komen als een zeer gewaardeerde collega.
Ik kies met enige regelmaat voor beide momenten en doe dat waarschijnlijk in de overtuiging dat ik als columnist ook een boodschap over te brengen heb. Welnu, deze column is de laatste voor eerste kerstdag en dit jaar hoefde ik niet te zoeken naar een manier om mijn bijdrage om de mensheid te verheffen naar een nog hoger niveau. Ik put mijn inspiratie uit het verhaal van Charles Dickens, de bedenker van A Christmas Carol (met de volledige titel: A Christmas Carol in Prose, Being a Ghost Story of Christmas), waarin Ebenezer Scrooge de hoofdrol speelt.
Evenals in 1843 toen het verhaal in boekvorm verscheen, was in steeds wijder wordende kring het oorspronkelijke verhaal over Kerstmis meer naar de achtergrond verdwenen om plaats te maken voor een wat hedonistischer benadering van dit jaarlijkse feest. Mijn dierbare omroepcollega Frederik de Groot geeft al heel wat jaren gezicht aan de gierige en asociale zakenman Scrooge, die in de kerstnacht bezocht wordt door drie geesten die hem een blik toedienden (bijna schreef ik: gunden, maar zo ervaart Scrooge dat niet) in zijn verleden, het heden en in de nabije toekomst. Hem wacht hetzelfde lot als zijn overleden zakenpartner Marley die gedurende zijn leven net zo’n geldwolf was als Scrooge op dat moment is. Het wonder geschiedt: Scrooge komt tot inkeer en smeekt nog zo lang te mogen leven dat ieder die hem zal leren kennen de gewetenloze oude vrek zal vergeten. Hij ontwaakt als een herboren mens en begint onmiddellijk aan zijn nieuwe leven.
De boodschap in het verhaal is dat je pas gelukkig kunt worden en van groter nut voor de maatschappij, wanneer je niet alleen aan je eigen voordeeltjes en zaken denkt, maar gaat samen leven. Niet het soort pseudo-samen dat populistische partijen je graag verkopen, maar het samen zijn om samen verder te komen met zaken waar je je goed bij voelt. Ik bezoek al decennia geen kerkelijke kerstvieringen, maar nu ik voor de vierde keer Frederik als Scrooge heb mogen volgen weet ik dat voor mij er een nauwelijks mooiere kerstboodschap wordt uitgedragen. Ik ben van plan mij daar volgend jaar wederom aan te laven.
Ik weet het, ik heb nog niet duidelijk gemaakt op welke concrete manier ik de kerstboodschap vorm ga geven. Ik bezit geen kapitalen waarmee ik veel nooddruftigen verlichting kan schenken in het zware leven. Ik durf wel met overtuiging te roepen wat Scrooge uiteindelijk ook wist uit te brengen: A Merry Christmas!
Disclaimer: De inhoud van de column is uitsluitend voor rekening van de auteur. Streekomroep West-Friesland is niet ge- of verbonden aan een politieke partij of welke politieke richting dan ook, maar geheel autonoom en onafhankelijk.